Een beroep op dwaling bij rentederivaten is mogelijk

Een beroep op dwaling bij rentederivaten is mogelijk, maar niet - zo heeft de Hoge Raad in een prejudiciële procedure op 28 juni 2019 uitgemaakt - indien voldaan is aan de mededelingsplicht van artikel 6.228 lid 1, aanhef en onder b, BW. Volgens de Hoge Raad is dat het geval, indien in algemene productinformatie inlichtingen zijn gegeven waaruit de wederpartij tijdig inzicht heeft kunnen krijgen in de wezenlijke kenmerken en risico’s van dat derivaat. In deze kwestie diende men volgens de Hoge Raad gewezen te zijn op het risico dat de rentederivaat een (aanzienlijke) negatieve waarde kan ontwikkelen in geval van een tussentijdse beëindiging. Een beroep op dwaling is volgens de Hoge Raad ook mogelijk, wanneer het risico ten aanzien waarvan de persoon gedwaald heeft zich niet heeft verwezenlijkt of zal verwezenlijken. De gevolgen van een succesvol beroep op dwaling kunnen beperkt worden, wanneer wordt nagegaan wat de cliënt zou hebben gedaan indien hij over het betreffende risico niet gedwaald zou hebben.

Mocht u vragen hebben over dit onderwerp neem dan contact op met mr. N.B.M. Vink of mr. S. Vink, advocaat-belastingkundigen, verbonden aan Vink & Partners Legal and Tax.